Europa Universalis V: 12 jaar wachten, en het voelt als thuiskomen

Paradox heeft eindelijk de opvolger van EU IV uitgebracht. Ik heb het afgelopen weekend 20+ uur in deze game gestopt. Bishop (mijn kat) heeft me geoordeeld. Het was het waard.

Laten we beginnen met de harde waarheid: ik heb Europa Universalis V niet zien aankomen. Niet echt. Na twaalf jaar EU IV – met al die DLC’s waar je een hypotheek voor nodig hebt – was ik een beetje klaar met Paradox’ business model. Maar toen kreeg ik vorige maand early access, en ergens tussen mijn derde mislukte poging om Schotland te spelen en het moment dat Bishop mijn toetsenbord begon aan te klagen wegens verwaarlozing, besefte ik: dit is het. Dit is de game waar ik op heb gewacht.

Eerste uren: welkom in de hel

Europa Universalis V gooit je direct in het diepe. Het is 1337. De Honderdjarige Oorlog tussen Engeland en Frankrijk is net begonnen, en jij mag kiezen: wil je een van die grootmachten zijn, of kies je voor een kleiner landje dat probeert te overleven terwijl de rest van Europa in brand staat?

Ik koos Holland. Natuurlijk. Als lokale Rotterdammer kon ik niet anders. En holy shit, wat een keuze. Holland in 1337 is geen grootmacht – je bent een klein handelscentrum omringd door grotere spelers. Frankrijk en Engeland vechten om je heen, en jij probeert gewoon je handel te regelen zonder geplet te worden.

De tutorial stuurt je door de basis: diplomatie, handel, oorlog voeren, je economie op orde houden. Het is… veel. Zelfs als EU IV-veteraan voelde ik me de eerste paar uur compleet verloren. Er zijn zoveel nieuwe systemen dat je oude kennis maar half werkt. Ik heb letterlijk drie keer opnieuw moeten beginnen voordat ik doorhad hoe het nieuwe handelssysteem werkt.

Het population systeem is game-changing

Hier wordt het interessant. In EU IV waren mensen abstracte nummers. In EU V? Ze zijn er écht. Elke provincie heeft een bevolking verdeeld over klassen: adel, geestelijkheid, burgers, boeren. En ze hebben allemaal hun eigen agenda’s.

Ik probeerde belastingen te verhogen om mijn leger te financieren. Mijn boeren gingen in opstand. Ik probeerde de adel te paaien met privileges. De burgers waren pissed en weigerden mijn handel te ondersteunen. Het is constant balanceren, en elke beslissing heeft gevolgen die generaties later nog voelbaar zijn.

Het mooie is: dit maakt het spel levend. In EU IV voelde het soms alsof je een spreadsheet speelde. In EU V voel je de spanning van een natie die uit elkaar dreigt te vallen omdat je één verkeerde belasting hebt ingevoerd. Het is frustrererend. Het is briljant.

Trade is een compleet nieuw beestje

Als iemand die altijd de economische route kiest in Paradox-games, was dit mijn grootste angst. En terecht. Het oude handelssysteem met vaste routes? Weg. Nu heb je regionale markten die dynamisch werken op basis van aanbod, vraag, en invloed.

Ik besteedde uren – UREN – aan het uitpluizen hoe ik een handelsmarkt in Amsterdam kon opzetten die groot genoeg was om invloed uit te oefenen op Noord-Europa. Ik moest concurreren met Antwerpen, Hamburg, en Lübeck. Elke markt heeft zijn eigen gravitatie, en als je klein bent, word je gewoon meegesleurd in de orbit van grotere spelers.

Uiteindelijk lukte het. Maar het kostte me 80 jaar in-game time en een oorlog met Vlaanderen die ik bijna verloor. Was het de moeite waard? Ja. Voelde het alsof ik een economieles had gevolgd? Ook ja.

Automatisering: je beste vriend én vijand

Paradox heeft AI-automatisering toegevoegd voor mensen die het overweldigend vinden. Je kunt je economie, leger, of diplomatie op de automatische piloot zetten terwijl je focust op andere dingen.

Ik probeerde het. Eén keer. De AI besloot namelijk dat het een goed idee was om mijn gehele vloot naar Afrika te sturen terwijl Engeland mijn kust aanviel. Spoiler: dat was het niet.

Maar voor beginners? Dit is goud. Het geeft je de ruimte om één ding tegelijk te leren zonder meteen geplet te worden. En zodra je het snapt, schakel je het uit en neem je zelf de controle. Het is training wheels doen wat ze moeten doen.

De bugs en balans-issues

Oké, realiteit check: dit is een Paradox-launch. Dat betekent bugs. Ik heb crashes gehad. Ik heb AI-naties gezien die rare beslissingen namen. De Pauselijke Staat was in mijn eerste playthrough belachelijk overpowered totdat een patch dat fixte halverwege mijn campagne.

Sommige regio’s voelen ook nog… leeg. Afrika en Azië hebben minder diepte dan Europa (shocker bij een game die Europa Universalis heet). En ja, je weet dat er over twee jaar tien DLC’s komen die dit allemaal “fixen” voor €30 per stuk.

Maar hier is het ding: de basis is sterk. EU IV bij launch was een rommeltje. Dit voelt al stabieler, complexer, en ambitieuzer dan EU IV ooit was zonder DLC. Als je accepteert dat je een “levend” project koopt dat de komende jaren groeit, dan is dit een solide startpunt.

Verdict: is het de €60 waard?

Als je nog steeds EU IV speelt: ja, zonder twijfel. Dit is in elk opzicht een upgrade.

Als je nieuw bent en houdt van complexe strategy: nu is je kans. Je start vanaf nul, zonder de druk van 100+ euro aan DLC inhalen.

Als je geen zin hebt om weken te investeren in leren: skip dit. Ga Animal Crossing spelen. Ik oordeel niet.

Voor mij? Ik zit al aan 20+ uur en ben nog niet eens bij 1500 in mijn Holland-campagne. Bishop heeft me opgegeven. Mijn vriendengroep vraagt waar ik ben. Ik heb koffie als ontbijt gehad.

Dit is Europa Universalis in zijn puurste vorm: overweldigend, complex, soms frustrerend, maar als het klikt? Dan is er geen betere historische sandbox.

Nu moet ik gaan. Mijn Nederlandse handelsimperium wacht.

Meer lezen?

Local News