De geruchtenmolen rondom een terugkeer van Valve naar de huiskamer – los van de Steam Deck – draait al maanden op volle toeren. Maar wie hoopte op een krachtige 4K-console voor een gesubsidieerde prijs van 500 euro, komt bedrogen uit. Valve heeft aangegeven dat toekomstige hardware, in tegenstelling tot de traditionele consoles van Sony en Microsoft, een prijskaartje zal dragen dat de daadwerkelijke hardwarekosten weerspiegelt.
Door Ivo
Het is een fundamenteel verschil in bedrijfsstrategie dat vaak vergeten wordt door consumenten. Sony en Microsoft hanteren al decennia het zogeheten ‘razor-and-blade’ model: ze verkopen de console (het scheermes) met verlies of tegen kostprijs, om vervolgens jarenlang geld te verdienen aan de verkoop van games en abonnementen (de mesjes). Omdat je op een PlayStation alleen in de PlayStation Store kunt kopen, hebben ze die garantie.
Valve kiest met een potentiële nieuwe ‘Steam Machine’ (of ‘Steam Box’, zoals het in wandelgangen wordt genoemd) voor een andere route. Omdat SteamOS een open platform is waarop je ook games van concurrenten (zoals Epic of GOG) kunt draaien, kan Valve het risico van hardware-subsidie niet nemen.
De vrijheid heeft een prijs
In een recent statement (opgepikt door PU.nl) wordt duidelijk gemaakt dat we de prijsverwachting moeten bijstellen richting die van een pre-built gaming PC. Waar de Steam Deck nog agressief geprijsd was om de handheld-markt open te breken, lijkt een stationaire console voor de TV zich te richten op het hogere segment.
Voor de systeemdenkers is dit logisch, maar pijnlijk. Als Valve een machine wil neerzetten die in 2025/2026 kan concurreren met de PS5 Pro of de volgende Xbox, en daarbij 4K-prestaties wil leveren, kijken we al snel naar componenten die los duizenden euro’s kosten. Zonder de ‘console-tax’ (de gesloten tuin) is er geen vangnet om die prijs te drukken.
Een tweede poging in de woonkamer
Het is niet de eerste keer dat Valve dit probeert. De originele ‘Steam Machines’ uit 2015 faalden jammerlijk, mede door verwarrende hardware-configuraties en een destijds onvolwassen OS. Nu, tien jaar later, is het landschap anders. SteamOS (dankzij de Deck) is robuust, en pc-gaming in de huiskamer is genormaliseerd.
Toch waarschuwt deze prijsstrategie voor een niche-product. Een ‘console’ van 800 tot 1200 euro is voor de gemiddelde consument een hoge drempel, zeker als een PlayStation 5 voor de helft onder de TV staat. Valve lijkt hiermee niet te mikken op de massamarkt, maar op de toegewijde pc-gamer die zijn bibliotheek naar de bank wil verplaatsen zonder concessies te doen aan vrijheid of kracht.
Of en wanneer de hardware exact onthuld wordt, blijft afwachten, maar één ding is zeker: begin vast met sparen, want Valve gaat de rekening niet voor je delen.
